Spring naar content

‘Er valt veel te winnen op het snijvlak van zorg en welzijn’

In gesprek met deelnemers proeftuin Maarssen: Marieke Reversma en Dennis Duiker van MOmenz

30 augustus 2022

Om mensen die ongeneeslijk ziek of kwetsbaar en op leeftijd zijn goed en tijdig te ondersteunen, is goede samenwerking tussen zorg en welzijn van groot belang. In de proeftuin Maarssen in gemeente Stichtse Vecht gaan verschillende partijen hiermee aan de slag. Marieke Reversma, mantelzorg-consulent bij Steunpunt Mantelzorg en adviseur welzijn en Dennis Duiker, bestuurder bij MOmenz: ‘De sociaal-maatschappelijke kant verdient net zoveel aandacht als de medische kant.’

Dennis Duiker

Dennis Duiker: ‘De startbijeenkomst van de proeftuin was bijzonder geslaagd. Het is bemoedigend dat verschillende beroepsgroepen uit de zorg en het sociaal domein, waaronder ook lokale bestuurders bij elkaar werden gebracht.’

‘We vinden het belangrijk deel te nemen, want er valt voor mensen die thuis wonen veel te winnen op het snijvlak van zorg en welzijn.’

Sociaal perspectief

‘Het sociale perspectief is lang onderschat. Maar op het moment dat er een medische diagnose wordt gesteld, is de volgende vraag: wat doet dat met iemand, met het gezin, met de sociale situatie? En wat als je geen sociaal vangnet hebt?’

‘De sociaalmaatschappelijke kant verdient evenveel aandacht als de medische kant. Door elkaar te kennen en als professionals en ondersteuners samen op te trekken kunnen we echt een verschil maken voor mensen met een ziekte en hun mantelzorgers, waardoor het proces draaglijker wordt.’

Juiste ondersteuning bij zingevingsvraag

Marieke Reversma heeft, dankzij het opdoen van nieuwe contacten tijdens de proeftuinbijeenkomst, de juiste ondersteuning kunnen bieden bij een zingevingsvraag. ‘Op verzoek van een huisarts ben ik langs gegaan bij iemand die door ziekte steeds minder kon. Hij had de behoefte daar dieper met iemand over te praten. Tijdens de bijeenkomst leerde ik de coördinator van het Centrum voor Levensvragen kennen. Ik wist tot op welke hoogte ik zingevingsvragen zelf kan ondersteunen, of verwijzen naar een praktijkondersteuner GGZ of ondersteuning vanuit Welzijn op Recept. Deze meneer heb ik verwezen naar een geestelijk verzorger via het Centrum voor Levensvragen. Dat was precies wat hij nodig had.’

Wat is een proeftuin?
Eén jaar slim samenwerken, met de belangrijkste betrokkenen. Van huisarts, wijkverpleegkundige en sociaal werker tot Wmo-consulent. Zelfs met beleidsmakers en bestuurders. Binnen je gemeente of wijk. Dat is een proeftuin, in het kort. Samen duiken jullie in levendige casussen, werkend vanuit de vier dimensies van palliatieve zorg. Hoe kan het beter, eerder of anders? Welke andere beroepskrachten bieden die meerwaarde waar je niet zo snel aan denkt? Je leert van elkaar én elkaar kennen. En dat merk je direct in de praktijk. Meer weten over de proeftuinen en aanmelden? Kijk op: Proeftuinen – Zinvol samenwerken, zó doe je dat.

‘Kastje naar de muur’

Duiker: ‘In het sociaal domein zijn er veel spelers, dit maakt het voor huisartsen soms lastig: naar wie moet ik verwijzen, wie doet wat? Het is versnipperd, voor de mensen om wie het gaat is het ingewikkeld om de weg te vinden, ze haken af. We krijgen hier mensen binnen die zeggen: “Bent u het kastje? Want ik kom net van de muur.” Dat moet anders. Lokaal wil ik ervoor zorgen dat die grote groep inwoners die dat nodig heeft, zo’n 14.000 mensen, op één plek terechtkunnen en met één juiste zet in de rug geholpen zijn. Zo maken we bijvoorbeeld webpagina’s met laagdrempelige informatie over mantelzorg, maar het blijft belangrijk om ook persoonlijk contact te hebben. Daarom werken we met honderden vrijwillige coaches. Zij gaan naast je staan, doen jouw bril op, kijken vanuit jouw perspectief mee en helpen je verder of verwijzen je door, zodat je op het juiste moment de juiste zorg of ondersteuning krijgt.’

Wij zien de proeftuin als kans om nauwer samen te werken, de expertise van het welzijnswerk te integreren en het sociale perspectief in het grotere geheel te laten zien met het doel tijdige, en juiste ondersteuning.

Vervolgens werd er nog eens uitgebreid stilgestaan bij de vier dimensies van de palliatieve benadering: fysiek, psychisch, sociaal en zingeving. Carolien Neefjes: ‘Uit onderzoek blijkt dat wanneer iemand de diagnose ongeneeslijk ziek krijgt, er meerdere life events kunnen gaan spelen. Verlies van werk, relatieproblemen, stressklachten, eenzaamheid, schulden, noem maar op. Dat vraagt om een holistische benadering die aan al die aspecten aandacht geeft. En dus ook om een sterk lokaal netwerk van professionals en vrijwilligers die op elkaar kunnen bouwen en samen eerder aansluiten bij waarden en behoeften van mensen die ongeneeslijk ziek zijn én hun naasten.’

Gids voor de inwoner

Het snijvlak tussen zorg en welzijn verschuift, aldus Duiker. ‘Het sociaal domein omvat steeds meer, de medische kant wordt specialistischer. Voor beide domeinen hebben inwoners een gids nodig die hen aan de hand neemt door het landschap. Een inwoner met tien vragen moet niet contact hebben met tien verschillende specialisten, hooguit met twee: een sociaal werker of sociaal gedragsspecialist, en een medisch specialist. Daarnaast is het een belangrijke opgave voor het sociaal werk om inwoners met elkaar te verbinden: inwoners die daadkrachtig zijn en het landschap begrijpen, koppelen aan inwoners die de weg niet kunnen vinden. Dat levert een kwaliteitsimpuls voor de samenleving op.’

Een inwoner met tien vragen moet niet contact hebben met tien verschillende specialisten.

Marieke Reversma


Marieke Reversma, mantelzorgconsulent bij Steunpunt Mantelzorg en adviseur welzijn bij MOmenz over haar samenwerking met de huisartsen en praktijkondersteuners in Maarssenbroek, vanuit Welzijn op Recept:

‘Doordat we met Welzijn op Recept gevestigd zijn in de huisartsenpraktijk, worden we gevraagd om mee te denken.’

‘Samen met partners Kwadraad (maatschappelijk werk) en TIM (wijkteams) is er nu één loket waar huisartsen cliënten naar kunnen verwijzen.’

Warme overdracht

‘Onderling bekijken wij wie de hulpvraag het beste op kan pakken. Doordat de artsen ons kennen zijn we van elkaar op de hoogte en bouwen we een goede samenwerking op. Soms loopt er spontaan een arts met een patiënt bij ons binnen. Dat zorgt voor vertrouwen bij de patiënt en een warme overdracht. Wmo-consulenten weten ons te vinden om bijvoorbeeld gezamenlijk op huisbezoek te gaan. We bereiken steeds meer mensen, maar nog niet iedereen. Onder andere door deel te nemen aan de proeftuin willen we de bekendheid en samenwerking verder vergroten.’

Als kleine organisatie zit onze betekenis niet in volume, maar in innovatie

Innovatie

Duiker wil ook de samenwerking met wijkverpleegkundigen versterken. ‘Niet alle handelingen passen altijd even goed binnen het tarief van een zorgverzekeraar. Daarom zou het mooi zijn om de wijkverpleegkundige zorg vanuit het sociaal domein te verrijken.’ MOmenz is bezig om toegelaten te worden als zorginstelling. ‘Zo kunnen we gaan contracteren en experimenteren met de combinatie tussen sociaal werk en wijkverpleging. Als kleine organisatie hebben wij gezegd: onze betekenis zit niet in volume, maar wel in innovatie. Daarmee maken we het verschil voor inwoners van onze gemeente en zijn kunnen we wellicht anderen inspireren om stappen te maken voor kwaliteit van leven.’

Diagnose mantelzorg

Reversma: ‘Iemand die ziek wordt, gaat door verschillende fases, waarbij verschillende vragen horen. Mijn droombeeld is om met elkaar een routekaart uit te stippelen, waarbij we vragen en fases koppelen aan de juiste begeleiding en ondersteuning. Dan kun je maatwerk leveren.’ Daarnaast heeft Reversma nog een wens. ‘Zodra iemand de diagnose van een chronische of ongeneeslijke ziekte krijgt, moet je ook de diagnose mantelzorger stellen bij zijn/haar naasten. Mantelzorgers komen vaak pas bij mij als het te veel geworden is. Maar het is belangrijk voor alle betrokkenen dat de mantelzorger overeind blijft en ook goed voor zichzelf zorgt. Dat is mogelijk als ze weten welke ondersteuningsmogelijkheden er zijn waar je om kunt vragen. Dat begint al bij jonge mantelzorgers: als je vanaf jonge leeftijd weet dat je er niet alleen voor staat, vraag je later ook makkelijker om hulp.’

Meer informatie

Ook interessant

Beleidsadviseur Zorg en Sociaal Domein
Sandrina Sangers
ssangers@agora.nl / 06 10 38 36 74

Delen:

Actuele nieuwsberichten

Eén voordeur naar het sociaal domein. Dat is de grote wens van Eugenie Hodes, huisarts in Maarssen, die meedoet aan de nieuwe proeftuin van Agora en Movisie.
POH-ers hebben of pakken een bescheiden rol als het gaat om palliatieve ondersteuning en zorg van patiënten en hun naasten. Dat was één van de uitkomsten van de korte enquête die Agora, PaTz en VPTZ hielden op het POH-congres in Houten, 22 nov, jl. De grootste rol ligt bij het wijzen van naasten op de mogelijkheden voor mantelzorgondersteuning (ruim 55%) en bij het voeren van proactieve zorgplanningsgesprekken met patiënten (bijna 45%). Lees meer over de uitslag van deze enquête.
Hoe zit het met de rol van geestelijke verzorging binnen de maatschappij als geheel, in plaats van voor individuele groepen? En hoe geef je die rol met elkaar vorm? In de laatste masterclass over zingeving van dit najaar stond de sociaal-maatschappelijke positie van geestelijke verzorging en zingeving centraal. Lees het impressieverslag van deze boeiende masterclass.